menu
Word Lid
Opiniestuk: De Vlaamse deugd van bescheidenheid … een deugd die niet altijd deugt!

Volgens een oud volksgezegde “siert bescheidenheid den mens”, een volkswijsheid die in de praktijk niet zo wijs blijkt te zijn. Het woordenboek vermeldt “bescheiden: geen te hoge gedachten van zichzelf hebbend en zich dienovereenkomstig gedragend”. Wanneer men vertrekt van zulk een negatief zelfbeeld ligt het begrip “minderwaardigheidsgevoel” niet zover meer af.

“Bescheidenheid siert de mens”, is dus een mentale dooddoener. Een persoon of een volk dat zich bescheiden opstelt, verdwijnt. Iemand die niet voor zichzelf opkomt, wordt noch gehoord noch iets gevraagd. Muurbloempjes blijven staan en verwelken en wie laat zien dat hij bang is voor de hond wordt het eerst gebeten. Waarom zijn wij Vlamingen dan toch zo onderdanig, braaf en bescheiden? Durven we onze kop niet boven het maaiveld uitsteken? Zit het dan echt in onze genen?

Is er aan die Vlaamse onderdanigheid, braafheid en bescheidenheid dan niets goed?

Op politiek vlak betekent het natuurlijk een ramp, maar toch hebben deze “eigenschappen”, samen met onze Vlaamse werkkracht, ons vanaf de jaren zestig een behoorlijke levensstandaard geschonken. Voor de zoveelste maal waren wij bereid ons soepel en onderdanig op te stellen en hard te werken. Niets nieuws onder de zon, maar in tegenstelling tot vroeger kreeg de arbeider van deze vreemde bazen wel een loon naar werken én dat was wel iets nieuw!

Soepelheid, bescheidenheid en kruiperigheid is echter ook de stof waaruit onze leiders zijn gemaakt, met alle nefaste gevolgen van dien op politiek gebied.

Zijn wij gedoemd om onderdanig, braaf en bescheiden te blijven?

Op 9 juni hebben wij, in tegenstelling tot onze voorouders in het “Ancien régime”, de keuze maar ook de verpletterende verantwoordelijkheid tegenover ons nageslacht, om eindelijk eens politieke leiders te kiezen die geen tjeven of andere Januskoppen zijn. Niet te bescheiden leiders, met de eerlijkheid om vol overgave op te komen voor onze mensen in onze Vlaamse dorpen en steden, zonder daarbij in de eerste plaats aan eigen profijten te denken.

Albrecht Rodenbachs ‘Fierheid’ is een wondermooi vers maar het zou nog mooier zijn als we die laatste regel “Helaas waar is der ouderen fierheid nu gevaren!” als achterhaald konden beschouwen.

Dat … beste mensen, hangt van u zelve af. Een paar seconden politieke moed in het stemhokje volstaan om te kiezen voor politiekers met een ruggengraat. Politiekers die opteren voor ons gemeenschappelijk Vlaams Belang in een zelfstandig Vlaanderen dat zijn plaats heeft in de Europese mozaïek van “eenheid in verscheidenheid”. Een zelfstandig Vlaanderen dat open staat voor de wereld maar ook, zonder naïef te zijn, samen met een zelfstandig Wallonië mee wil werken aan een betere samenleving.

Dat dit géén fictie hoeft te zijn, hebben landen als Noorwegen en Zweden in het begin van de twintigste eeuw en in een recenter verleden de Baltische staten en de landen op de Balkan inmiddels ruimschoots bewezen. Allemaal landen die hun eigenwaarde teruggevonden hebben en, die tot spijt van wie het benijdt, het nu beter doen dan voorheen. Woorden wekken, voorbeelden trekken en goede voorbeelden nodigen uit tot navolging. Wat houdt u nog tegen om op 9 juni voor het Vlaams Belang te kiezen? Herinner wat Willem Elsschot in 1947 ooit als opdracht schreef, maar wat vandaag de dag nog altijd actueel is:

“Gij dacht o lijdzaam volk, dat ’t gruwelijk getij

der oude tyrannie voor immer was voorbij.

Weet nu dan dat uw stem door niemand wordt aanhoord.

Zolang gij stamelend bidt of bedelt bij de poort.”

Voor Vlaams Belang Zoersel.

Stan Meeussen.

ONTVANG ONZE NIEUWSBRIEF